Even een reactie op Fred H. De temperatuur is hier 22 tot 26 graden, met een uitschieter naar 33. We redden het zonder
airco. Wanneer we rijden doet de airco van de motor zijn best. Als we stilstaan hebben we BARKO (Bijna Alle Ramen Kunnen
Open). Met de wind die hier in dit land vrijwel altijd waait is het dan goed uit te houden in de camper. Met Tonny
gaat het wel goed. Ze kan al wat meer, maar heeft nog wel wat last van duizelingen. Vooral als ze te weinig water drinkt.
Vandaag gaan we naar het noordelijkste punt van Nieuw-Zeeland, Cape Reinga.
Het is een lange rit van bijna 100 kilometer. We doen daar
zo'n twee en een half uur over. De weg gaat door nogal heuvelachtig terrein.
Voordat we het eindpunt van de weg bereiken hebben we een mooi zich op zandduinen. De weg loopt dood op een parkeerterrein
waar een vriendelijke parkeerwachter ons een plek geeft die eigenlijk bestemd is voor bussen. En dan kunnen we door de poort
naar deze voor de Maori's heilige plek.
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
Ed bereikt de vuurtoren en zoals op vrijwel elk uiterste punt in een land, is daar ook een richtingaanwijzer naar de belangrijkste plaatsen in de wereld. | ![]() |
Om twee uur gaan we de 100 kilometer terug naar Waipapakauri Beach, waar we om half vijf moe, maar voldaan aankomen op de camping. 's Avonds gaan we nog even naar het strand. Het is de enige mogelijkheid om een foto van de zonsondergang aan zee te maken tijdens deze vakantie. | ![]() |