Het regent nog steeds behoorlijk als we ons hotel in Coffs Harbour verlaten. Na 25 kilometer gaan we
van de de Pacific Highyway af, het binnenland in. Bij het plaatsje Bellingen begint de Waterfall
Highway. Het wordt een echte bergweg, met steile rotswanden en veel bochten. Smal en zonder plaatsen
waar je van het uitzicht kan genieten en foto's kan maken. De weg stijgt naar een plateau van
boven de 700 meter. In Dorigo drinken we koffie in het kleinste motormuseum van Australië (2 kleine
motoren en wat attributen).
Onderweg zijn we wat kleine watervallen gepasseerd, maar bij het plaatsje Ebor wordt het serieuzer. De
Ebor Falls bestaat uit 2 gedeelten. De Lower en de Upper Falls, met ieder zijn eigen lookout.
 |
 |
 |
Bij Wollomombi ligt één van de hoogste watervallen van Australië, de Wollomombi Falls.
Het is een korte wandeling vanaf de parkeerplaats naar het uitzichtspunt. Je staat ineens voor een diepe
afgrond, gelukkig is er wel een hek. Het is een onwerkelijk uitzicht. Steile rotswanden rondom en
recht tegenover ons storten twee rivieren, de Wollomombi River (links) en de Chandler River (rechts)
naar beneden. De waterval van de Wollomombi River is 260 meter hoog. We zouden hier urenlang kunnen
blijven, maar de tijd dringt en het is nog ver naar ons overnachtingsadres. In Armidale, de hoogst
gelegen stad van Australië gaan we lunchen. Door de regen en de grote hoogte is het vrij koud, 13 graden.
Als we daar vertrekken is het al kwart voor drie en hebben we nog meer dan 320 kilometer te gaan.
Via de plaatsen Tamworth, Muswellbrook en Singleton komen we om zeven uur aan bij het Hunter Resort in
Hunter Valley. Het is te laat om foto's te maken. Vandaag een plaatje van de Hunter Room, waarin we
overnachten, morgen wat meer van het resort.
